Diffusion Tensor Imaging: a Diagnostic Tool for Neuromuscular Conditions
Op 11 oktober jl. heeft Jos Oudeman met succes zijn proefschrift verdedigd. In het kader van promotieonderzoek in het AMC in Amsterdam heeft hij de mogelijkheden onderzocht van MRI als diagnostisch hulpmiddel bij spier- en zenuwaandoeningen. Hierbij heeft hij vooral onderzocht of MRI een goede toevoeging kan zijn bij de diagnostiek van verschillende spier/zenuwaandoeningen. Het proefschrift is opgedeeld in twee delen: onderzoek naar spierschade en naar zenuwaandoeningen. Het eerste gedeelte richt zich op het meten en afbeelden van veranderingen in de spieren als gevolg van beweging (zoals hamstringblessures bij marathonlopers) en het tweede deel richt zich op de toepassing van MRI bij diverse neuropathieën, zoals multifocale motorische neuropathie (MMN), chronische inflammatoire demyeliniserende polyneuropathie (CIDP) en de op beide diagnoses lijkende maar onbehandelbare segmentale spinale spieratrofie (segmentale SMA). Het is dus van groot belang de juiste diagnose te stellen op grond van klinisch beeld en aanvullend onderzoek. Zeker bij proximale lesies in de plexus brachialis kan het zenuwgeleidingsonderzoek moeilijk te interpreteren zijn. In het onderzoek beschreven in dit proefschrift wordt aannemelijk gemaakt dat beeldvorming (MRI en echografie) van de perifere zenuwen hierbij kan helpen.
In beide delen van het proefschrift wordt de ontwikkeling van een op MRI gebaseerde techniek (diffusion tensor imaging) beschreven die het mogelijk maakt om spier- en zenuwweefsel in 3D te reconstrueren, maar ook om veranderingen op celniveau te meten. Daarnaast wordt de ontwikkeling van de zogenaamde MR-neurografie beschreven, een techniek waarbij de zenuwen in detail kunnen worden afgebeeld. Ook de waarde van de echografie van de zenuwen is onderzocht. Het onderzoek met beide technieken (MRI en echografie) toonde aan dat patiënten met een behandelbare vorm van neuropathie konden worden geïdentificeerd en worden onderscheiden van patiënten met segmentale SMA.
Het onderzoek heeft bijgedragen aan de beschikbaarheid van de MR-neurografie voor de klinische praktijk. Echografie en MRI worden in het AMC ingezet indien er twijfel bestaat over de diagnose MMN, CIDP of segmentale SMA.